Aanleiding
Een in Nederland gevestigde logistiek dienstverlener verricht een goederenvervoersdienst aan een in Nederland gevestigde ondernemer. De vervoersdienst betreft het vervoer van goederen, waarbij het vervoer volledig buiten de EU plaatsvindt.
Vraag
Geldt het btw-nultarief voor diensten met betrekking tot van buiten Nederland komende goederen die niet zijn ingevoerd, voor het vervoer van goederen tussen derde landen?
Antwoord
Nee, het btw-nultarief voor transportdiensten, met betrekking tot van buiten Nederland komende goederen die niet zijn ingevoerd, geldt niet voor het vervoer van goederen tussen derde landen. Op deze vervoersdienst is het algemene btw-tarief van toepassing.
Beschouwing
Het btw-nultarief is niet van toepassing op de vervoersdienst van goederen tussen derde landen. Er is geen sprake van buiten Nederland komende goederen die niet zijn ingevoerd. Op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB 1968) is de plaats van de vervoersdienst Nederland, omdat de afnemer in Nederland is gevestigd. Het btw-nultarief geldt voor de levering van ‘van buiten Nederland komende goederen’ die fysiek naar Nederland zijn gebracht, maar bij binnenkomst in Nederland nog niet zijn ingevoerd. Met ‘van buiten Nederland komende goederen’ wordt bedoeld dat de goederen vanuit een andere lidstaat of vanuit een derdelandsgebied of van buiten de Unie naar Nederland zijn gebracht. Het gaat om goederen die bij binnenkomst in Nederland al onder een douaneregime vallen of bij binnenkomst in Nederland onder een douaneregime worden geplaatst.
De vervoersdienst, zoals benoemd onder ‘aanleiding’, betreft het vervoer van goederen die zich fysiek niet in Nederland bevinden, waardoor geen sprake is van genoemde goederen als bedoeld in de Wet OB 1968. De Belastingdienst vindt in dit kader verder steun in de wetsgeschiedenis en dus ook voor 21% btw.
Praktijk
Wij begrijpen dat in de praktijk (nog steeds) anders gedacht wordt over de visie van de Belastingdienst, waarbij een transportdienst in derde landen plaatsvindt tussen twee in Nederland gevestigde ondernemers en wordt belast met 21% btw. De btw is immers een consumptiebelasting en beoogt daarmee aan te sluiten bij het feitelijke gebruik. Het feitelijke gebruik bij aangehaalde transportdiensten is in het betreffende derde land en niet in Nederland. Verder is de onderbouwing van de Belastingdienst naar onze mening ook voor discussie vatbaar.
Desondanks heeft onderhavig kennisgroepstandpunt relevante waarde voor de praktijk. Nu is duidelijk dat de Belastingdienst van mening is dat u in deze situaties 21% btw moet berekenen. In veel gevallen heeft uw afnemer recht op volledige aftrek voor voorbelasting en zal dit als zodanig geen hinder vormen.
Meer informatie
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan contact op met onze specialisten. U kunt contact opnemen via onderstaande button of per mail: info@vanoers.nl.
Bron: Belastingdienst