Vanoers.nlZorg, Transport en logistiek, Onderwijs, Bouw en vastgoed, BelastingadviesHeffing overdrachtsbelasting bij verkrijgen economisch eigendom perceel

Heffing overdrachtsbelasting bij verkrijgen economisch eigendom perceel 

Heffing overdrachtsbelasting bij verkrijgen economisch eigendom perceel

De rechtbank in Den Haag heeft geoordeeld dat X BV terecht overdrachtsbelasting moet betalen voor het verkrijgen van het economisch eigendom van een perceel aan de Noordboulevard in Scheveningen. Volgens de rechtbank heeft X BV op 27 augustus 2019 niet uitsluitend een recht op levering gekregen, maar ook het directe gebruik van het perceel. Daarmee is sprake van een overdracht van het economische eigendom.

Wetstoepassing overdrachtsbelasting

De afzonderlijke verkrijging van het economische eigendom is naast de verkrijging van de juridische eigendom een belastbaar feit in de overdrachtsbelasting. In de wettekst van de overdrachtsbelasting is ook geregeld dat ‘uitsluitend een recht op levering’ géén verkrijging van een economisch eigendom betekent. Verder is het goed om te weten dat de overdrachtsbelasting een tijdstipbelasting betreft.

Achtergrond casus

X BV sloot in 2017 een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Den Haag voor de herontwikkeling van de horecastrip aan de Noordboulevard. Onderdeel van de plannen was de bouw van een nieuw paviljoen door X BV. De bouwgrond was op dat moment nog eigendom van de Staat. Uiteindelijk is gekozen voor een constructie met erfpacht en ondererfpacht. De formele erfpachtrechten zijn pas in 2020 en 2021 vastgelegd. Toch kreeg X BV op 27 augustus 2019 al feitelijk de beschikking over het terrein en begon zij met de bouwwerkzaamheden.

De inspecteur stelde dat X BV op 27 augustus 2019 al voldoende zeggenschap en belang bij het perceel had om van economische eigendom te kunnen spreken. De rechtbank sluit zich daarbij aan. Volgens de rechtbank was namelijk ook sprake van meer dan uitsluitend een recht op levering: X BV had al controle over het terrein, begon al met de bouwwerkzaamheden en deelde mee in tenminste enig risico van waardeverandering. Dat er overdrachtsbelasting is verschuldigd over de verkrijging van het economische eigendom staat hiermee vast. Of toch niet helemaal?

X BV probeerde tevergeefs achteraf nog een beroep te doen op de optie btw-belaste verhuur met betrekking tot het perceel. X BV bleek niet aan de daarvoor geldende voorwaarden te voldoen. Hierbij merken we op dat het ingenomen standpunt was dat de uitgifte van de tijdelijk ondererfpacht voor de btw gezien kan worden als een verhuurdienst. Als de optie-belaste verhuur zou zijn geaccepteerd, dan zou in deze casus samenloop tussen overdrachtsbelasting en btw zich voordoen. X BV zou dan een beroep kunnen doen op de samenloopvrijstelling om alsnog overdrachtsbelasting te voorkomen.

Concluderend

Op het moment van ingebruikgeving kreeg X BV feitelijk de economische eigendom van het perceel. X BV had geen recht op toepassing van de samenloopvrijstelling. De heffing van overdrachtsbelasting bij X BV is daarmee in casu terecht.

Meer informatie

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of wilt u weten wat dit voor u betekent? Neem dan gerust vrijblijvend contact op met onze btw-adviesgroep. U kunt contact opnemen via onderstaande button of per mail: btwadviesgroep@vanoers.nl.

Nu delen:

Schrijf u in voor de Van Oers nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Belastingadvies

Bent u op zoek naar een belastingadviseur?

Van Oers vertaalt ingewikkelde fiscale vraagstukken naar duidelijke adviezen en concrete oplossingen. U kunt daarbij rekenen op advies toegespitst op uw specifieke situatie. Wij zijn uw specialist op het gebied van fiscale vraagstukken.
Meer informatie
Uitstel belasting gehad? Vraag een overzicht aan
Kevin Treuren
Kevin Treuren | Manager btw
Wilt u meer informatie over dit onderwerp?
Neem contact op met onze specialisten via onderstaand telefoonnummer of e-mailadres. Onze specialisten helpen u graag verder!