Bezwaar tegen box 3-heffing over verstreken jaren

Thijs Bijlard

Directeur fiscaal | btw-specialist

2 feb. `22

Eind vorig jaar berichtten wij al over een verrassend en baanbrekend arrest van de Hoge Raad. In dat arrest oordeelde de Hoge Raad dat de box 3-heffing over spaargeld in de jaren 2017 en later niet mag worden berekend over het forfaitair bepaalde rendement, maar slechts over het (veelal zeer lage) werkelijke rendement.

Politieke discussie

Spaarders die de afgelopen jaren bezwaar hebben gemaakt tegen de box 3-heffing moeten dus worden gecompenseerd. Het is nog onduidelijk of ook spaarders die geen bezwaar hebben gemaakt, gecompenseerd gaan worden. Hierover is veel reuring ontstaan en is thans een politieke discussie gaande. Zo is er nog geen overeenstemming over de volgende belangrijke zaken:

Moeten de spaarders die de afgelopen jaren geen bezwaar hebben gemaakt ook worden gecompenseerd?
Hoe moet de compensatie van de spaarders over de afgelopen jaren worden berekend?
Hoe moet het gat in de rijksbegroting, dat door de compensatie van de spaarders ontstaat, worden gedicht?
Hoe moet het box 3-systeem er in de komende jaren uit gaan zien?

Wat doet Van Oers

Gezien de situatie verwachten wij niet dat er snel duidelijkheid zal komen omtrent hoe de Belastingdienst met de box 3-heffing over de afgelopen jaren zal omgaan. Om de rechten voor onze klanten zoveel als mogelijk veilig te stellen, maken wij sinds het arrest bezwaar tegen de nieuw opgelegde aanslagen inkomstenbelasting.

Daarnaast dienen wij een dezer dagen voor onze klanten een bezwaarschrift in tegen de belastingaanslagen die definitief geregeld zijn en waarvan de formele bezwaartermijn reeds is verstreken. Als de staatssecretaris zou besluiten om deze bezwaarschriften inhoudelijk te laten behandelen, kunnen ook deze klanten mogelijk nog een belastingteruggaaf krijgen als blijkt dat het werkelijke rendement in de betreffende jaren lager is dan het forfaitaire rendement.