Verkoopopbrengsten zijn van invloed op aftrek voorbelasting Van Oers

Anja Adriaensen-Vriends

Senior belastingadviseur | btw-specialist

3 aug. `20

In een procedure voor Rechtbank Gelderland was in geschil of de verkoop van een perceel grond en de verkoop van twee panden als een incidentele activiteit wordt gezien. In het geval er sprake is van een incidentele activiteit dan zou de verkoop van twee panden niet van invloed zijn op de pro-rataberekening. De feitelijke activiteiten bestaan namelijk uit de verhuur van panden.

Voorbelasting

De feiten zijn als volgt. D bv is met andere gelieerde bv’s actief in de vastgoedsector. D bv houdt zich bezig met vrijgestelde en belaste prestaties. In 2006 en 2008 verkoopt D bv onroerende zaken zonder btw. De opbrengst heeft D bv niet meegenomen in de pro-rataberekening. De inspecteur is van mening dat belanghebbende teveel voorbelasting heeft afgetrokken. De opbrengsten uit de verkoop van de onroerende zaken hadden namelijk meegenomen moeten worden in de pro-rataberekening.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de activiteiten van D bv en de andere gelieerde bv’s een onlosmakelijk geheel zijn, zodat geen sprake is van slechts incidentele verkopen.

Doelomschrijving in de statuten

Opmerkelijk is dat de rechtbank bij zijn beoordeling onder andere heeft gekeken naar de doelomschrijving in de statuten. In de statuten van belanghebbende is opgenomen dat de activiteiten onder meer bestaan uit het vervreemden van onroerende zaken. De meeste vennootschappen hanteren echter een ruime doelomschrijving in hun statuten om te voorkomen dat ze handelen in strijd met hun eigen statuten. Dit wil natuurlijk niet per definitie zeggen dat de vervreemding van onroerende zaken dan ook meteen een economische activiteit van de vennootschap is.

Pro rata berekening

Daarnaast is opmerkelijk dat de rechtbank de activiteiten van belanghebbende bekijkt in samenhang met de activiteiten van andere (gelieerde) vennootschappen, waarvan steeds dezelfde bestuurders optreden. Deze vennootschappen hebben in de loop der jaren verschillende onroerende zaken verkocht. De rechtbank oordeelt daarom dat de verkoop van onroerende zaken van belanghebbende geen incidentele activiteit is. Zodoende moet de verkoop van de onroerende zaken volgens de rechtbank worden meegenomen in de pro rata berekening van belanghebbende. Deze benadering vinden wij opmerkelijk, omdat onduidelijk is onder welke omstandigheden er ook gekeken moet worden naar de activiteiten van andere gelieerde vennootschappen.