Vanoers.nlBelastingadviesHeeft u nog oninbare vorderingen met een uiterste betaaldatum van vóór 2017? Vraag dan tijdig uw btw terug

Heeft u nog oninbare vorderingen met een uiterste betaaldatum van vóór 2017? Vraag dan tijdig uw btw terug 

Verlegging btw binnen driehoekstransacties en factuurvereisten

De btw op oninbare vorderingen kan onder voorwaarden worden teruggevraagd. Het is hierbij van belang dat u de btw tijdig en in het juiste aangiftetijdvak terugvraagt. In dit artikel lichten we toe dat voor het terugvragen van de btw op oninbare vorderingen met een uiterste betaaldatum van vóór 2017 de btw nog kan worden teruggevraagd via een suppletie. Deze suppletie dient uiterlijk in 2023 te zijn ingediend.

Btw en oninbare vorderingen

Per 1 januari 2017 is de btw-wetgeving voor oninbare vorderingen gewijzigd.

Vóór 1 januari 2017 kon btw van oninbare vorderingen slechts worden teruggevraagd op moment dat definitieve oninbaarheid kwam vast te staan. Het was in praktijk echter moeilijk aannemelijk te maken dat de afnemer de factuur niet had betaald en deze ook niet meer zou gaan betalen. Daarom is per 1 januari 2017 de btw-wetgeving voor oninbare vorderingen gewijzigd. Vanaf die datum ontstaat een recht op btw-teruggaaf bij niet-betaling van vorderingen uiterlijk één jaar na de uiterste betaaldatum.

Voor de oninbare vorderingen van vóór 1 januari 2017 bestaat overgangsrecht. Dit overgangsrecht bepaalt dat de een-jaarstermijn bij oninbare vorderingen met een uiterste betaaldatum vóór 1 januari 2017 aanvangt per 1 januari 2017. Dat wil dus zeggen dat het recht op teruggaaf ontstaat op 1 januari 2018.

Dien tijdig de suppletie btw in

Voor oninbare vorderingen met een uiterste betaaldatum van vóór 2017 is op basis van overgangsrecht dus recht op een btw-teruggaaf op 1 januari 2018. Dit betekent dat de btw-teruggaaf eigenlijk uiterlijk in de eerste btw-aangifte van het jaar 2018 had moeten worden verwerkt. Dat wil zeggen de btw-aangifte van januari 2018 of in het geval van een kwartaalaangifte, het eerste kwartaal van 2018.

Mocht u dit onverhoopt niet hebben gedaan, dan moet er dus een suppletie btw over 2018 (januari of eerste kwartaal van 2018) worden ingediend om alsnog tot een btw-teruggaaf te komen. Het is van belang dat deze suppletie tijdig wordt ingediend. De termijn voor het indienen van een suppletie bedraagt vijf jaren na afloop van het kalenderjaar waarin de belastingschuld is ontstaan of waarover de teruggaaf wordt verleend. Een suppletie btw over 2018 (januari of eerste kwartaal van 2018) dient dus uiterlijk in 2023 te zijn ingediend.

Relevantie voor de praktijk

Voorkom dat u de btw op oninbare vorderingen niet meer kunt terugvragen en dien daarom tijdig (en in het juiste aangiftetijdvak) een suppletie btw in bij de Belastingdienst. Indien gewenst ondersteunen wij u hier graag bij.

Meer informatie?

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan gerust vrijblijvend contact op met onze btw-adviesgroep. U kunt contact opnemen via onderstaande button of per mail: btwadviesgroep@vanoers.nl.

Neem contact op

Anja Adriaense
Anja Adriaensen-Vriends
Senior belastingadviseur | btw-specialist

Schrijf u in voor de Van Oers nieuwsbrief

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Van Oers Belastingadvies

Bent u op zoek naar een belastingadviseur?

Van Oers vertaalt ingewikkelde fiscale vraagstukken naar duidelijke adviezen en concrete oplossingen. U kunt daarbij rekenen op advies toegespitst op uw specifieke situatie. Wij zijn uw specialist op het gebied van fiscale vraagstukken.
Meer informatie
Uitstel belasting gehad? Vraag een overzicht aan
Anja Adriaensen-Vriends
Anja Adriaensen-Vriends | Senior belastingadviseur | btw-specialist
Wilt u meer informatie over dit onderwerp?
Neem contact op met onze specialisten via onderstaand telefoonnummer of e-mailadres. Onze specialisten helpen u graag verder!